Geschreven door Nikolaj Baranov
Na één maand Ouderenzorg en twee maanden Huisartsgeneeskunde, belandde ik op de afdeling Pathologie van het Radboudumc in het kader van mijn coassistentschap Verdieping.
Wat is het ‘verdiepingscoschap’? Hoe kom je bij Pathologie? En hoe is het daar? Wat wordt er van je verwacht? En wat mag jij ervan verwachten?
Verdiepingscoschap
Officieel ‘CVER – Coassistentschap Verdieping’. Op de website van ’t Radboudumc staat: “In het coassistentschap Verdieping van vier weken wordt kennis gemaakt met disciplines die nog niet eerder tijdens de reguliere coschappen aan bod zijn geweest.”
De locatie is het Radboudumc, en er is helaas maar plek voor één coassistent. Ikkoos ervoor om me te verdiepen in de pathologie, omdat ik meer wilde weten van het microscopische beeld van kanker en hoe de diagnoseketen verdergaat wanneer het resectiepreparaat de OK verlaat en bij Pathologie aankomt, en onderzocht wordt.
Afdeling Pathologie: de happenings
De patholoog is een van de weinige specialisten die in de volle breedte van het vak worden opgeleid. Maar ook hierin vindt toespitsing plaats, want: 21e eeuw. Maar dat moet je vergelijken met het systeem van kaderhuisartsen. Formeel gezien heeft iedere patholoog uiteindelijkdezelfde opleiding genoten.
Jij wordt echter wel op één orgaansysteem geworpen, en daarmee gekoppeld aan de patholoog die zich daar het meeste in heeft bekwaamd. Ik werd op ‘GE’ geworpen, en daarmee gesuperviseerd door Chella van der Post, Iris Nagtegaal en Shoko Vos. Ook krijgen een of twee AIOS de taak zich over jou te ontfermen.
Je krijgt een plekje aan het raam op de AIOS-kamer (3e verdieping), en krijgt in principe dezelfde ‘rechten en plichten’ als de AIOS.
’s Ochtends loop je mee met de AIOS die uitsnijdt. Het uitsnijden vindt plaats op de Uitsnijkamer. Hier komen de resectiepreparaten van OK, en ook de biopsieën, aan en worden door de pathologie-assistenten (path-assers) beschreven en uitgesneden – alleen de delen van het preparaat die belangrijk zijn voor diagnose zoals resectievlakken, tumor, lymfeklieren enz. Het uitsnijden verloopt in principe volgens protocol; het uitsnijden van een appendix is daarvan een mooi voorbeeld. De pathologen zelf snijden niet meer uit, maar de AIOS wel als onderdeel van hun opleiding – je zult merken dat je het verband tussen microscopie en macroscopie sneller en beter legt, wanneer je het weefsel zelf hebt uitgesneden. De AIOS doen dit onder supervisie van de path-assers. Zelf ga je ook uitsnijden!
Aangezien ik op GE zat, heb ik onder toeziend oog van path-assers en AIOS (delen van) colons en slokdarmen mogen uitsnijden. De jacht op lymfeklieren is een vaardigheid op zich. Mocht je dit concreet willen oefenen, dan is het oncologisch colonresectiepreparaat je man: ze zeggen dat er in dat vet weleens 90 lymfeklieren zijn gevonden.
’s Middags is het kijken naar histologiebeelden. Het meest leerzame is om het referentienummer van het preparaat waarvan je het uitsnijdingsproces hebt bijgewoond, ergens op te schrijven, zodat je het later kan bekijken. Want: microscopen zijn ouderwets. Tegenwoordig worden hogeresolutiefoto’s van de weefselstukjes gemaakt, en bekijk je de beelden op een hogeresolutiescherm. Toch zul je bij iedere AIOS een microscoop zien staan – biedt net wat meer scherpte wanneer je maximaal uitvergroot; voor het tellen van bepaalde kenmerken, zoals mitosen, kan een microscoop je meer zekerheid geven. Jij zult meer dan genoeg hebben aan het hogeresolutiescherm.
Aangezien ik op GE zat, hadden de AIOS een flinke lijst met histologiebeelden van biopsiepreparaten van darmpoliepen van het bevolkingsonderzoek naar dikkedarmkanker opgesteld. Die mocht ik beschrijven onder supervisie van de AIOS. Na een tijdje ging ik over op beschrijven van slokdarmpreparaten. Colorectaalpreparaten zag ik ook, zowel maligne (colorectaalcarcinoom) als benigne ziekten.
Huishoudelijkheden
Je begint om 8:30. Zorg dat je voordien bij ‘jouw’ patholoog langsgaat (meestal 2e verdieping) om te vragen wanneer er tijd is voor supervisie ’s middags, en of hij of zij je interessante beelden kan toesturen. Stipt om 8:30 wordt vastgesteld of er die dag obductie plaatsvindt. Ga je met de obductie-AIOS mee, dan zul je zeker tot 14:00 bezet zijn – en gaar nadien. Ga je met de uitsnij-AIOS mee, dan moet je bepalen met wie je meegaat (het liefst natuurlijk met degene die iets gaat uitsnijden in jouw orgaangebied).
Van 8:45-9:15 heeft het ochtendoverleg plaats en de coupedemo. Tijdens de eerste gaat de afdeling zsm huishoudelijkheden langs, en tijdens de laatste presenteren AIOS en pathologen casus met beeldmateriaal ter lering ende vermaak. Jij zult tweemaal een coupedemo moeten verzorgen – geloof me: je zult daar meer dan genoeg materiaal voor hebben. Ook zul je eenmaal een critical appraisal of a topic (CAT) verzorgen. Begin hier op tijd aan en vraag een van de AIOS erover.
Vanaf 17:30 kun je vertrekken, omdat er dan geen preparaten meer hoeven worden uitgesneden. Je mag vanzelfsprekend zolang blijven als je wilt. Het beklijft.
Mijn eindbeoordeling was een functioneringsgesprek met bijbehorend ingevuld formulier. Maar hoe dat in het nieuwe curriculum gaat, weet ik niet.
Enige slotopmerkingen
Na vier weken wist ik vooral wat ik niet wist. Pathologie is zo’n breed en interessant vak. Het is ook een van de weinige vakken die nog veel met fysieke boeken werken; de bibliofielen onder ons zullen er hun hart ophalen.
De AIOS en pathologen zijn enorm vriendelijk en behulpzaam, en hebben ALTIJD tijd voor de coassistent. Je leercurve is daardoor, mede door het vele kijken naar beelden, enorm steil. Je zult er vertrekken met het gevoel een coupe-deel van de pathologie-opleiding te hebben genoten. Sterker nog: dat is het doel van het coschap.
Wil je in de opleiding tot patholoog komen dan zijn dit coschap samen met je keuzecoschap de enige momenten om ervan te proeven – en indruk te maken. Het ANIOS-systeem van de klinische specialismen bestaat niet bij Pathologie.
Geef een reactie