Over een jaar chirurgie in het Charing Cross Hospital en St. Mary’s Hospital in het bijzondere jaar 2020.
Arts-onderzoeker Moniek Verstegen had na haar tropencoschappen nog steeds de wens om naar het buitenland te gaan. Moniek: “Ik wilde indien de mogelijkheid er was, voor langere tijd naar het buitenland. Dan krijg je de sfeer beter mee.” Als Frans van Workum, haar inmiddels verloofde, als fellow naar Londen kan vertrekken, besluit Moniek te solliciteren voor een ANIOS-plek aldaar. Die sollicitatie pakt goed uit, maar verloopt anders dan verwacht, vertelt Moniek lachend: “In Nederland gaat het tijdens sollicitatiegesprekken vaak om wie je bent en wat je motiveert. Nu kreeg ik allerlei casussen voorgelegd, daar had ik niet op gerekend!”
Het Charing Cross Hospital is vergelijkbaar met een groot perifeer ziekenhuis in Nederland, waar Moniek veel gastro-intestinale chirurgie ziet. Het St. Mary’s Hospital is een traumacentrum met traumahelikopter en vele multitrauma’s. Beide ziekenhuizen hanteren 12-uursdiensten. “Bij dagdiensten neem je om 07.30 uur de dienstpieper over, hoor je wat er aan patiënten ligt en dan zie je wat er verder die dag op je pad komt via de SEH of consultendienst.” Het is in Londen heel gebruikelijk dat indien je een patiënt opneemt vanaf de SEH, je met de patiënt mee gaat naar de OK. “Je hebt hierdoor als ANIOS veel meer operatietijd in vergelijking met Nederland! Toen er voldoende ANIOS waren kreeg ik zelfs een electieve OK-dag.”
2020
Binnen enkele maanden breekt de COVID-pandemie uit. De lockdown verandert het bruisende Londen in een stille stad. “Het was een soort apocalyps. Ik was op weg naar het werk vaak de enige op straat, waar normaal het drukke verkeer langs je heen raast.” Vanzelfsprekend verandert er veel binnen het ziekenhuis. “Het was heftig. Ik was net gewend aan mijn werkplek en toen moest ik op de COVID afdeling gaan werken, terwijl we er nog zo weinig van wisten.” Ook de sociale verwachtingen van een jaar buitenland dienen bijgesteld te worden. Engeland hanteert tijdens de pandemie zogenaamde ‘bubbels’, waarbij je met een vaste groep mensen een bubbel vormt. “Vrienden maken was verboden… En wij waren als twee Nederlanders niemands prioriteit om een bubbel mee te vormen.” Zodoende gaan Moniek en Frans met z’n tweeën de stad door. Waar mogelijk worden de Londense restaurants en cafés verkend. “En we hebben nog nooit zo veel gezelschapspellen gespeeld!”
Engeland versus Nederland
De Britse gezondheidszorg is voor iedereen vrij toegankelijk zonder zorgverzekering. “Een nadeel is dat mensen zich, gevoelsmatig, sneller op een SEH melden en er langere wachttijden ontstaan. Zo is de wachttijd voor het herstel van een buikwandbreuk gauw zes maanden tot een jaar.” Een andere mogelijkheid is de private sector. “Met voldoende centen laat je je op zaterdagmiddag opereren in een hippe privékliniek.”
In verhouding tot Nijmegen komen er andere trauma’s voor in Londen. Zo zag Moniek veel steekverwondingen, voortkomend uit een hogere criminaliteit, maar minder verkeersongelukken.
De opbouw van de studie geneeskunde en vervolgopleiding is redelijk vergelijkbaar. Echter heeft de Nederlandse opleiding meer aandacht voor patiëntcommunicatie en shared-decision making. Daarentegen vindt Moniek de Britten enorm beleefd. Moniek licht toe: “Ze vallen niemand in de reden en ze letten erg op de persoonlijke ruimte: handdoekje over patiënt en gordijnen dicht.” Een ander verschil is dat Nederlanders meer waarde hechten aan de werk-privé balans. “In Londen kun je op de 31ste het rooster voor de volgende maand krijgen.”
Hollandse griet in Londen
Moniek kan iedereen, mits je er voor open staat, een jaar in het buitenland aanraden. “Je moet uit je comfortzone, want alles is nieuw. De stad is nieuw voor jou en jij bent nieuw in de stad. Daar word je heel flexibel van.” Ook leer je een andere cultuur kennen. “We worden in Nederland anders opgevoed als dokter. Mensen in Londen dachten ‘Wie is die Hollandse griet die zo maar alles vraagt?’ Het is namelijk een Nederlands cultuurding om als (co)assistent heel mondig te zijn. Als je in Londen aan de professor een vraag stelt, kan hij/zij denken ‘trek jij mij nu in twijfel?’.” Daarnaast spreek je een andere taal. “Communiceren was soms lastig. Er zijn veel Londenaren die matig Engels spreken of net als ik met een buitenlands accent Engels spreken, waardoor weleens een tolkentelefoon nodig was. Ook worden er veel afkortingen in spreektaal en statussen gebruikt.”
Een toekomst in het buitenland?
Als ANIOS zijn er genoeg mogelijkheden om in het buitenland te werken. Mogelijkheden waarvan Moniek op voorhand niet wist dat ze bestonden. Al met al kijkt Moniek terug op een waardevolle ervaring. “Ik heb zo vaak buiten mijn comfortzone moeten stappen. Hierdoor heb ik enorm veel over mezelf geleerd. Corona was hierin een extra uitdaging.” Ondanks die extra uitdaging kon het jaar in Londen feestelijk worden afgesloten. “Toen ik zelfstandig mijn tweede appendectomie deed, werd ik gebeld dat ik aangenomen was voor de opleiding heelkunde. Toen voelde ik me heel erg trots!”
Sinds haar terugkomst in Nederland volgt Moniek de opleiding heelkunde, waar ze zich de komende jaren op zal storten. Wellicht is er in de toekomst weer ruimte voor een buitenlandavontuur: “Als ik vakinhoudelijk wat kan leren, sluit ik dat zeker niet uit!”

Geef een reactie